Mensen
vroegen het me vaak: ‘En kind, wa wilt ge nu worden?’ Ik lachte toen altijd beschaamd
schattig met een aantal barbies in mijn handen en zei hen: zangeres of
schrijfster.
Het
waren grote dromen waaraan ik fervent werkte als kleine meisje. Ik combineerde
beide door liedjesteksten te schrijven en ze vervolgens met mijn zussen en
buurmeisje in te zingen op cassettes. Hemels, zijn die herinneringen. Al snel
zou blijken dat zangeres worden door allerhande redenen geen goed idee was. Voornamelijk
omdat ik eigenlijk niet beschikte over die voice van Vlaanderen, of Brugge, of
Assebroek… Toch kan ik er nog steeds van houden om de badkamer en de buren ongevraagd
te voorzien van een privéconcert en zo houd ik op microniveau een stukje droom koppig
wakker.
Zangeres
worden heb ik dan vervangen door leerkracht zijn, omdat het me wel leuk leek
zoveel kennen en mogen delen. Twee jaar geleden ging ik geheel trots op mezelf
en op mijn bewezen kunnen mijn papiertje oppikken. Ik heb het een aantal keer
glimlachend gelezen en vond het wel tof om zo’n ultieme vorm van bevestiging te
krijgen.
Ik
had mijn volwassenleven kunnen starten en ik heb lang getwijfeld wat ik eigenlijk
wilde doen. Impulsief schreef ik me in voor het ingangsexamen aan het Rits in
Brussel, de stad die ik enkel kende van haar winkelstraat en Manneken Pis, en ik
slaagde uiteindelijk ook voor dat examen. Ondertussen zijn we twee jaar verder
en houd ik me eens bezig met het opmaken van een kleinschalige balans. Zomaar,
omdat ik van veel nadenken op verloren momenten een hobby heb gemaakt. Twee
jaar lang investeren in een woordendroom gaat leven in de diepste randen en
hoeken van je lichaam en hoofd, opent ramen, dicht deuren, laat zien en wil gezien
worden, geeft je woorden en vraagt om stiltes. Mooier dan dit kan een droom
niet worden, denk ik dan.
Af
en toe vragen mensen mij het nog eens: ‘En Lies, wa wilt ge nu worden?’ Dan wil
altijd antwoorden schrijver én prater én leerkracht én barista én… Ik
denk dat ik zo iemand ben dat met een overdosis en’en gretig en intens wil
leven, dat zal kiezen en verliezen, dat van de tijd vriend en vijand zal maken,
dat met een bibberende lip hardop voorleest en dan denkt: staan die woorden
daar wel goed? Kon ik dat niet anders zeggen? Dat wel wil passen in een
volwassenleven, maar eigenlijk helemaal niet weet hoe dat allemaal moet en dan soms
denkt: hé wind, ga even waaien in dat hoofd van mij.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten