Het
is vrijdagavond en op één of andere manier maakt dat mij week en nostalgisch om
de camino die ondertussen al twee maanden achter mij ligt. Als ik nu terugkijk
naar de foto’s, denk ik dat ik gek was. Het te doen, eerder het opnieuw doen
van. In mijn gezicht valt iets van leven te zien dat ik eigenlijk misschien te
weinig zie als ik hier heel gewoon in België ben. Dan gaat het vervolgens rommelen
in mijn hoofd, denk ik verder na, omdat ik dat nu eenmaal altijd doe; hoe dat
zou kunnen komen? Zijn daar redenen voor? Ik dacht hetzelfde te denken toen ik
terugkwam van Suriname. Dan kan je dat op twee manieren motiveren; ofwel ben ik
van de te nostalgische soort dat steeds verlangt naar alles wat voorbij en
alhoewel ik dat op bepaalde gebieden en vlakken soms wel eens heb, ben ik ook
verdomd blij dat bepaalde dingen voor altijd verleden tijd zijn. Ofwel heb ik
de ruimte buiten de comfortzone hard nodig om goed te weten en te voelen wat dat
nu allemaal zou kunnen zijn: zo leven zoals ik het wil of zie, zoals ik denk
dat bij mij past en dan ook vaststellen dat dat denken vaak afwijkt van alle
soorten van verwachtingen rondom mij.
Dan gok ik toch het laatste eigenlijk. Dan
denk ik dat het misschien wel dat is wat een camino met je doet. Het biedt een
vorm van perspectief op de meest banale dingen alsof je ze voor de eerste keer
werkelijk kunt zien. Het gaat voorbij de schaamte die je hebt en de uitputting
die je in een leven kan voelen. Als ik zo’n uitspraken al zou mogen doen. Het
schudt wakker wat genegeerd werd en het laat tranen komen die je dacht verwerkt
te hebben. En het allergekste is, dat het verdomd goed is zo diep en zo ver te durven
gaan. Er is geen ontsnappen
aan, geen vervloekte afleiding door telefoons, internet, familie, vrienden, afspraken,
tijdstippen, deadlines. Het is dag na dag de meest fysieke inspanning leveren
die zich vertaalt in blaren, spierpijn, koppijn, vloeken. En je meeneemt naar
grenzen die je net leert kennen en vervolgens keihard overschrijdt. Omdat het
niet anders kan. Omdat de weg er is en de kilometers afgelegd moeten worden.
Het is overigens de enige vorm van moeten die er op dat moment is, terwijl het
haastige Belgische leven doorspekt is met gigantisch veel moeten. Geluk zit
daar écht in chocolade en blauwe luchten met opkomende zon. Niets is er
vluchtig of morgen dan of ik heb geen zin. Het nu is gevuld met de juiste soort
leegte die toelaat te voelen en de onuitgesproken uitnodiging om zonder reden,
zomaar, gelukkig of ongelukkig te zijn. En dan opeens lijkt het allemaal te kloppen, zonder dat elke vraag een sluitend antwoord kreeg.
Het
zou bijzonder oneerlijk zijn die levens met elkaar te gaan vergelijken en toch
vind ik dat we hier meer onderweg zouden moeten zijn. In de zin van verder
durven te staan dan zekerheden en gewoontes, meer te durven zeggen en vragen dan die
gewone woorden: alles goed, ja en met jou?, voller te gaan leven in functie van
heel gewoon wat is zonder dat vol te proppen met oneindig verlangen. Voor het
ooit, waar de dromen van de toekomst stoffig worden onder alle vervlogen
vandaags. Ik bedoel maar, het is aan u.
Het leven, de keuzes, de kansen, de mislukkingen. Maar dan ook, ik vind dat. U
moet er vooral het uwe van denken.