Ik
zat daarnet mijmerend op het dak met ogen die rustten op het fantastische
Brussel. Naast me was een meisje met een waterballon aan het spelen. Ze
leek zich niet te storen aan het te haastig leven en lachte gretig. Zij deed
aan klein geluk en ik moest er liefelijk om glimlachen. Ik gooide haar een
zwaaihandje toe waarna ze me vriendelijk ‘Bonjour’ groette. Op de achtergrond
hoorde ik Thé Lau zingen dat de wereld van iedereen is en iedereen van de
wereld is en ik dacht dat het eigenlijk allemaal zo waar is dat het diep vanbinnen
week en wakker maakt.
Ik
studeer straks af en heb bijzonder weinig plannen, maar heel veel dromen. Dat
kan een mens als eens onrustig maken en dan ga je maar even op het dak zitten
hopend dat er een vorm van helderheid in je hoofd kruipt.
Het
enige dat ik zowat zeker weet, is dat ik deze zomer opnieuw pelgrim word en ga
wandelen op die camino. Ik was het al eens in de zomer van 2009, omdat het
leven niet echt liep zoals ik dat wilde en weggaan dan altijd handig lijkt
zonder het vluchten te noemen, maar dat was het toch in zeker opzicht. Onderweg gebeuren wonderen weet ik nu. Met een blaadje vragen in mijn hand
moest ik een gesprekspartner zoeken. Ik vind zulke opdrachten meestal
belachelijk, maar koos iemand uit die het waarschijnlijk al even belachelijk
vond als ik. Ik las de eerste vraag hardop voor: Wat is het grootste pijnpunt
in je leven? Zij vertelde alle woorden, zoals je dat misschien het beste doet
met een wildvreemde, lachte en nodigde me uit hetzelfde te doen. Ik die de woordeloze littekens net genoeg genegeerd had om werkelijk te geloven dat ze
echt verdwenen waren, haperde even in alle twijfels om daarna voluit in mijn hoofd
te zoeken naar wat verhaal. Vijf jaar later is zij nog steeds die vriendin
waarmee ik graag zwijg en praat. Af en toe verdwijnen wij eens in grote
zottigheden en tatoeëren wij schelpen op onze voet als ode aan de weg en de
vriendschap en rijgen we het ene levensmotto aan het andere als buffer tegen
onrust en onzekerheid.
Eigenlijk
vind ik angst een slechte raadgever, maar bij het grote straks ga ik toch een
beetje bibberen, omdat ik te vaak verloren loop in alle vormen van
verwachtingen, omdat ik sinds mijn terugkomst uit Suriname steeds op zoek ben
gegaan naar die mooiste versie van mezelf hier en ik almaar het gevoel heb dat
ik dat heb achtergelaten daar aan de andere kant van de oceaan, omdat ik me
soms afvraag hoelang onderweg zijn duurt en of die weg dan wel de juiste is, omdat
ik denk dat allerlei vormen van zoekend zuchten om de liefde of verdriet misschien af en toe ook
moet kunnen zonder daarbij te vervallen in goedkoop zelfmedelijden.
Stiekem
valt veel te leren van mijn buurmeisje dat met haar ogen op hetzelfde Brussel
open lachte en al wist dat iedereen van de wereld is en de wereld van
iedereen. Of van mijn beste vriendin die moeiteloos bewees dat je onderweg ook
kunt thuiskomen en dat er geen mooiere bestemming bestaat dan die in en bij
jezelf en alle leegtes in het hart en hoofd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten